Rangefinders – De caddy van de amateur

Ik moet eerlijk toegeven dat ik er nog nooit iemand mee heb zien spelen: een rangefinder, oftewel; een apparaat dat op basis van GPS informatie of een laser de afstand naar de vlag kan bepalen. De ene ziet eruit als een dikke smartphone, de ander als een verrekijker en sommige zijn zelfs verwerkt in horloges. Eén ding hebben ze allemaal in het gemeen: ze vertellen je precies hoe ver je nog moet slaan naar de vlag.

De grootste verschillen tussen GPS en laser rangefinders zitten in de details. De GPS variant maakt logischerwijs gebruik van GPS signalen om de afstand te bepalen. Het voordeel: je kijkt even op je schermpje om te kijken hoe ver je nog moet en je hoeft niet de vlag te kunnen zien om een berekening te krijgen. De nadelen: jouw golfbaan moet in het apparaat staan anders kan een GPS signaal niet de afstand tot de pin berekenen. Ook werken de GPS rangefinders minder goed op bosbanen en net als met je navigatie systeem in de auto, soms kan je even geen signaal vinden.

De laser rangefinders zijn wat preciezer doordat je door een lens kijkt, mikt op de vlag en “schiet” om de juiste afstand te bepalen. Voordelen: preciezer dan een GPS rangefinder, geen signaal verlies en kan vaak een hoogteverschil meenemen in de berekening. Het grootste nadeel is dat je de vlag altijd moet kunnen zien om een berekening te krijgen wat niet altijd het geval is. Ook moet een laser rangefinder vaak een paar seconden goed stil gehouden worden wat voor sommige golfers ook niet al te eenvoudig is.

Maar de grote vraag is en blijft natuurlijk: heb je het echt nodig? Want om nou na elke afslag dat apparaat er weer bij te pakken lijkt me ook nogal wat. Het lijkt mij namelijk een stukje charme weg te nemen van het lopen van een baan. Het gokken hoe ver het nog is en af en toe op een sproeikop kijken hoeveel meter het nog is naar de vlag, dat vind ik nou leuk en rustgevend. En daarbij, voor veel golfers is afstandbepaling één van de moeilijkste aspecten van een goede golfbal slaan dus ook al weet je hoe ver je nog moet, dan moet je nog steeds een goede bal slaan om de afstand te halen die je in je hoofd hebt zitten (en: ja ik spreek hier ook namens mijzelf). Ik zou ook heel wat verwachten van je flightgenoot als hij met zo’n apparaat de baan op zou stappen.

Misschien zijn dit maar woorden van een mid tot hoge handicapper en zijn veel mensen het niet met mij eens. Maar toch zeg ik: als je de afstand van een bal zo goed onder controle hebt dat deze altijd binnen vijf meter van je doel komt, dan mag je een rangefinder gebruiken. Ik zelf zal het voornamelijk houden bij het zoeken naar een sproeikop of de tegels in de grond met de afstand erop.

Als jullie ervaring hebben met rangefinders, laat je horen in de comments!